Wienietgroterwordt

Wie niet groter wordt moet slim zijn

De ziekenhuiszorg staat continu onder grote druk om te veranderen: er kan steeds meer en we willen dus ook steeds meer. Vergrijzing zorgt voor toenemende zorgvraag én tegelijkertijd voor een kleinere beroepsbevolking. Toenemende specialisatie van kennis en behandelmogelijkheden zorgen voor een steeds grotere drang tot concentreren van zorg. Ook verschuift steeds meer ziekenhuiszorg naar buiten het ziekenhuis en neemt het belang van digitalisering toe. Om niet achterop te raken in deze ontwikkelingen moeten ziekenhuizen voldoende kunnen blijven investeren. Een goede financiële gezondheid is dus van groot belang. In dit onderzoek gaan we in op de financiële gezondheid van verschillende groepen ziekenhuizen en verkennen we de mogelijkheden die zij hebben om deze te verbeteren en hun investeringsruimte te vergroten.

Uit een analyse van de jaarrekeningen over de periode 2011 – 2021 blijkt de EBITDA-marge van kleine ziekenhuizen het afgelopen decennium aanzienlijk sneller gedaald dan die van de grote ziekenhuizen. Eén groep kleine ziekenhuizen ontduikt deze trend: de ziekenhuizen die in de periode 2011 - 2021 via fusie of overname consolideerden met een ander ziekenhuis. De EBITDA-marge van deze ziekenhuizen is na consolidatie op het niveau van de grote ziekenhuizen gebleven.

De betere financiële prestatie van geconsolideerde ziekenhuizen is voornamelijk het resultaat van kostensynergie op de inkoop. Daarnaast verstevigen zij de balans sneller dan de andere ziekenhuizen. Op deze manier zorgt consolidatie voor een vergroting van de investeringsruimte. Dit bereiken de geconsolideerde ziekenhuizen terwijl de omzet minder snel toeneemt dan bij de andere ziekenhuizen. Wat betreft personeelskosten zijn geconsolideerde ziekenhuizen er nog beperkt in geslaagd om de productiviteit te verhogen. Hier liggen voor de geconsolideerde ziekenhuizen dus nog verbeterkansen.

Op basis van ons onderzoek concluderen we dat consolidatie een goede optie is geweest om de financiële slagkracht van kleinere ziekenhuizen te vergroten. Uiteraard wegen bij consolidatie veel belangen en complexiteiten mee die maken dat dit niet voor elk ziekenhuis een wenselijke of haalbare strategie zal zijn. Na een fusie neemt bijvoorbeeld de complexiteit van de organisatie toe, net als de afstand tot medewerkers en patiënt. Daarnaast is verdere consolidatie in een aantal regio’s vanuit mededingingsoverwegingen een steeds uitdagendere optie. We verwachten dat de ACM, binnen de huidige toetsingskaders, nieuwe fusies in de periferie niet of nauwelijks meer zal toestaan omdat dit de keuze van patiënt te veel inperkt en de inkooppositie van verzekeraars, namens hun verzekerden, aantast.

Op basis van de noodzaak om financiële voordelen te realiseren enerzijds, en de kans op goedkeuring van consolidatie anderzijds, onderscheiden we ziekenhuizen en hun strategische opties. De veranderopgave om de financiële slagkracht te vergroten speelt in de gehele sector. Wij zien hierbij verschillende prioriteiten voor verschillende groepen van ziekenhuizen:

  • Recent geconsolideerde ziekenhuizen: focus op snelle verbetering van de inzet van steeds schaarser wordend personeel. Maak de belofte van “meer doen met minder,” toch de essentie van schaalvoordelen, ook echt waar. Toon leiderschap in het aangaan van (boven-)regionale samenwerkingen en help zo ziekenhuizen waarvoor consolidatie geen optie is.
  • Ziekenhuizen in minder geconcentreerde regio’s: verken mogelijkheden voor consolidatie als beproefde eerste stap om de slagkracht te vergroten.
  • Ziekenhuizen in sterk geconcentreerde regio’s: focus op transformatie van de eigen zorgprocessen, investeer gezamenlijk in innovatie, en verken de mogelijkheden om zorgpaden en ondersteunende processen verregaand te integreren in regionale of landelijke netwerken.

De uitdaging is het grootst voor de kleine ziekenhuizen in de periferie. Voor hen wordt de financiële uitdaging van investeren om bij te blijven steeds groter, terwijl voor verdere consolidatie er eerst een discussie over de toezichtkaders van de ACM gevoerd moet worden. Zij zullen dus slim moeten zijn: door hun eigen processen zo efficiënt mogelijk in te richten, en door waar mogelijk samen te werken met andere ziekenhuizen. Zij zullen taboes moeten doorbreken en de vraag “hoe kunnen we meer doen met minder” centraal stellen.

Vanzelfsprekend kent ook optimalisatie haar grenzen: soms kan het simpelweg niet slimmer. Er moet een debat gevoerd worden over de keuze tussen betaalbaarheid, toegankelijkheid en kwaliteit van zorg. Wanneer de opties om de financiële slagkracht te vergoten zijn uitgeput zullen we wellicht moeten accepteren dat kosten voor zorg in sommige regio’s zullen oplopen. Het gaat daarbij niet alleen om het ‘overleven’ van deze ziekenhuizen, maar juist ook om hun mogelijkheid om voor de inwoners in hun regio samen met de zorgverzekeraars te kunnen blijven investeren.

Download de studie 'Wie niet groter wordt moet slim zijn' »